Verslag PK Indoor

Naar jaarlijkse traditie is het eerste volle weekend van januari altijd een druk atletiekweekend. Dit jaar trok de grootste Sparta-delegatie op zondag naar Grimbergen voor de plaatselijke veldloop, maar een dag vroeger gaven enkele dapperen al het beste van zichzelf op het Provinciaal Kampioenschap in zaal.

Het werd een vroege ochtend, want meteen in de eerste proef van de dag kwam ook de eerste Spartaan in actie. Dus vertrok de eerste wagen al om 7.30 uur vanuit Perk naar Gent. Eén voordeel heeft het wel, wie zo vroeg ter plaatse moet zijn, vindt nog makkelijk een parkeerplaats vóór de deur.

Dat eerste nummer bracht meteen ook een eerste medaillekans voor SPVI, een proef waarin wij ondertussen al een echte traditie opgebouwd hebben: het hinkstapspringen.

Voordeel van het hinkstapspringen is dat er over het algemeen minder deelnemers zijn dan in meer gangbare proeven, maar het nadeel is dan weer dat de afstootbalk op een aanzienlijke afstand van de zandbak ligt en je dus eerst tot in dat zand moet geraken om zelfs te kunnen deelnemen.

Bij de kadetten jongens bedraagt die minimale afstand 9 meter en dat dit geen evidentie is, ondervond Ruben vorig jaar bij het outdoor PK, maar opgeven staat niet in zijn woordenboek.

Door weinig trainingsmogelijkheden in de winter op dergelijke technische nummers, was het nog even bang afwachten of de aanloop wel goed zou gaan, maar al meteen in de eerste sprong volgde een persoonlijk record, dat bij de tweede poging nog verbeterd werd tot 9,67 meter en zo was de eerste provinciale titel voor Ruben (en voor Sparta in 2023) een feit.

Zelf ging ik daarna ook opwarmen voor het hinkstapspringen. Net toen ik mijzelf verzekerd voelde dat de roestige kniegewrichten nog eens een goede dag hadden, brak een acute aanval van migraine door. Enkel 2 Dafalgans van het plaatselijke Rode Kruis lieten toe toch nog van start te gaan.

Lag het aan de pijnstillers? Ik zal het nooit weten, maar het gevoel tijdens het springen was in elk geval het beste sinds ik mij eind mei vorig jaar blesseerde.

De uiteindelijke afstand viel dan wel weer wat tegen en met 12,83 meter moest ik dit jaar tevreden zijn met brons.

De komende 3 uur bracht ik vervolgens al liggend door in de wagen met de ogen dicht, waardoor de prestaties van onze sprintmeisjes totaal aan mij voorbij gegaan zijn.

Voor een gedetailleerd verslag zal je dus bij iemand anders terecht moeten.

Zowel Noor als Etia liepen de longen uit hun lijf op de sterk bezette 60 en 200 meter bij de kadetten. Voor Etia was het bovendien de eerste kennismaking met de Gentse indoorpiste.

Dat beide dames aan elkaar gewaagd zijn, blijkt uit de resultaten. Op de 60 meter werd Etia 24e in 9”40 en Noor 27e in 9”53. Op de 200m werd Etia 25e in 32”65 en Noor 29e in 33”04.

Na mijn middagdutje kon ik met enigszins mistig hoofd beginnen aan de opwarming voor het verspringen, maar eerst moest Ruben nog aan de slag voor zijn eerste 400 meter in zaal. Op die kleine piste betekent dat 2 rondjes en je moet niet de hele tijd in je baan blijven. Dat beviel Ruben blijkbaar een stuk beter dan de baanronde buiten. Van een inschrijvingstijd van 1’17”31 vorige zomer gelopen, ging het naar 1’06”88. Een prestatie die hem een tweede medaille opleverde, dit keer de bronzen.

Mijn eigen ambities in het verspringen hadden na het eerdere verloop van de dag een flinke knauw gekregen. Daarenboven waren ook de spieren en gewrichten opnieuw beginnen protesteren als gevolg van de ongemakkelijke posities op de achterbank van de auto, waardoor ik noodgedwongen van afstootvoet moest wisselen.

Groot was dan ook mijn verrassing toen er bij de tweede sprong toch een afstand van 6,09 meter op het scorebord verscheen. Uiteindelijk bleek het goed genoeg voor een tweede bronzen plak (op slechts 3 centimeter van zilver).

Zo konden we allemaal toch met een goed gevoel naar huis.


Bert M

Verslag PK Indoor
menu

{{ popup_title }}

{{ popup_close_text }}

x