Op 25 februari vond in de topsporthal in Gent de halfjaarlijkse hoogmis van de Belgische Masteratletiek plaats met het Belgisch en provinciaal kampioenschap in zaal. Jammer genoeg lieten de Spartanen het met slechts 2 deelnemers dit jaar wat afweten. In de topsporthal waren dan ook geen Sporza-camera’s aanwezig, in tegenstelling tot het BK cross in Brussel de dag nadien, waar meerdere Spartanen de kans grepen om voor de start nog even door beeld te lopen.
Wie in Gent ook schitterde in afwezigheid was het provinciaal comité Vlaams-Brabant. Geen schildjes dus voor de Brabantse kampioenen, maar de Romeinen zeiden het al “Nihil novi sub sole”. (De schildjes van vorig jaar werden immers eerder deze maand pas naar de club opgestuurd.)
Strijden dan maar voor de nationale medailles.
De eigen ambities waren na het kampioenschap van Vlaanderen toch wat naar beneden bijgesteld. Hoewel ik zelf niet ontevreden mocht zijn met een vijfde plaats en eindelijk nog eens een sprong over 13 meter (dat was al van mei vorig jaar geleden, voordat een hardnekkige kuitblessure het seizoen 2022 verder om zeep hielp), ging een leeftijdsgenoot met zilver naar huis waarbij het Belgisch record bij de M40 maar liefst op 14m50 bracht. Eerder die zelfde wedstrijd had hij ook al het Belgisch record in het verspringen bijgesteld.
Voor dit Masters kampioenschap koos deze topatleet echter voor 60m en 200m. Beide met overmacht gewonnen en een nieuw Belgisch record op de 200m op de tabellen gezet. Ook de vorig recordhouder in het verspringen koos dit keer voor andere uitdagingen. Voor hem was er winst in het hoogspringen en een Belgisch record op de 60m horden. Van een sterke generatie gesproken…
Zo kwam de titel in het hinkstapspringen toch nog mijn richting uit. Met 12m86 was de afstand eerder teleurstellend in een wedstrijd waarin ik nooit echt het juiste ritme vond.
In het verspringen zette de negatieve lijn zich eerst voort. Omdat de tegenstand wel de 6 meter grens wist te slopen, leek een tweede titel dan ook ver weg. Hoewel ik mij al bij een nederlaag had neergelegd, was ik wel vastberaden om de wedstrijd positief af te sluiten. Met een sprong van 6m10 kwam ik halfweg de competitie toch terug aan de leiding om uiteindelijk de tweestrijd alsnog met 1cm te verliezen. Zilver met een gouden randje dus, waarbij ik het clubrecord M40 in zaal zelf ook met 1cm bleek verbeterd te hebben.
Ondertussen was Frans Nevens aan zijn zoveelste kampioenschap begonnen. De tel is hij zelf ondertussen ook al een tijdje kwijt.
Bij de categorie +80 was hij niet op record jacht, maar wel op zoek om zichzelf te overtreffen. Met de 60 m koos hij dit keer voor de kortste afstand. Knieproblemen maken langere afstanden momenteel niet vanzelfsprekend. Met de hulp van enkele steunbandjes klaarde hij de klus echter met brio. Met een tijd van 27”96 moest Frans enkel een buitenlandse atleet voor zich dulden. Een nieuwe nationale titel en de bijhorende gouden medaille waren de beloning. De start van een nieuwe collectie, nadat Frans zijn eerder medailles aan de club doneerde, tot grote vreugde van de jeugdatleten bij het afgelopen clubkampioenschap.
Helaas was de zandbak Frans ook niet gunstig gezind. In het verspringen was een tweede titel mogelijk geweest, maar het lukte niet om een geldige sprong te laten opmeten. Na 2 foutsprongen gaf hij er dan ook begrijpelijk de brui aan.
Zo bleef het palmares voor Sparta dit keer steken op 2 nationale en 3 provinciale titels. Bij mijzelf heeft samen met de fysieke pijntjes een dag na de wedstrijd toch ook de teleurstelling de kop op gestoken. Toch wil ik het niet nalaten om nog even Yvette en Kevin te bedanken. Hoewel beiden dit jaar fysiek niet in staat waren om zelf deel te nemen, waren zij toch bereid om mij te begeleiden. Zij zorgen er keer op keer voor dat ik zelf geen grote afstanden moet rijden naar wedstrijden (iets waar ik zelf vooral na een sprongcompetitie niet pijnvrij toe in staat ben) en zorgen ervoor dat ik gedurende de wedstrijden afgeleid wordt en positief kan blijven, ook wanneer het minder goed gaat.
Hiermee loopt het winterseizoen op z’n einde. Binnen enkele maanden staan alweer de eerste zomercompetities op het programma met niet in het minst de interclubs. Hopelijk tekent Sparta dan wel op volle sterkte present.
Bert Muyldermans
Nvdr: dat de prestaties van Bert toch niet onopgemerkt bleven, blijkt uit de vermelding in onderstaand artikel inclusief foto.